Muziek en zang
De musical is geschreven door Gerard van Amstel en Gerard van Midden. We zullen de muziek gaan uitvoeren met een vierstemmig koor en solisten èn begeleid door een hiervoor samengesteld orkest.
Rollen
Naomi Joke van der Lugt
Ruth Vera Bravenboer
Orpa Ingrid Deur
Boaz Harry Huiting
Dinges (de eerste losser) Jeanette van Dalsem
Ozzi en Ozi Joyce van der Kuil en Barbara van der Kuil
(handlangers van Dinges)
Sara (zus van Orpa) Ingrid Langbroek
Bram (inwoner van Bethlehem) Klaas Jut
Jos (baas van Bram) Wim Jongejan
Inwoners van Bethlehem Ada de Jonge, Barbara van der Kuil, Iet Groot, Ineke Zuurmond, Jolanda van Diggelen, Josje Heijkamp, Joyce van der Kuil, Philomene van Marion, Sonja Timmmermans, Suzanne Leentvaar
​​​
Buurvrouwen van Naomi Barbara van der Kuil en Joyce van der Kuil
Maaiers Iet Groot, Jolanda van Diggelen, Josje Heijkamp ​
Tamar (vriendin van Naomi) Bettie Bergwerff
Ambtenaar burgerlijke stand Eibert Kok
​
Muziek:
Piano Paul Sonneveld
Viool Lenie Witzenburg
Fluit Aafke Hordijk
Hobo Nanny Smit
Besbas Tjeerd de Groot
Slagwerk Herman Bloemhof
​
De werkgroep bestaat uit Els Geldof, Klaas Jut, Wim Doorduin, Jeannet Posma en Ina Kok
Inhoud van de musical
Het verhaal van Ruth speelt in de tijd van een crisis, er is hongersnood in Bethlehem. Bethlehem betekent huis van brood, maar er is geen brood. Elimelech gaat met zijn vrouw en twee zoons weg uit Bethlehem om in Moab zijn geluk te beproeven. Elimelech sterft daar en ook zijn twee zoons. Zijn weduwe heet Naomi en de zoons waren getrouwd met Ruth en Orpa. Als Naomi hoort dat de hongersnood in Bethlehem voorbij is, besluit zij terug naar huis te keren. De twee schoondochters zeggen: ’’Wij gaan met u mee”. Onderweg besluit Orpa om toch terug te gaan naar Moab.
Ruth spreekt de beroemd geworden woorden: ”Jouw land is mijn land, jouw God is mijn God”. Zij voelt zich zo diep verbonden met Naomi, dat ze haar eigen leven ondergeschikt maakt.
De musical begint met een korte inleiding. Daarin zien wij dat een onbeduidend persoon het huis van Elimelech leegrooft. Hij vindt ook drie zilveren lepels met de namen van Elimelech en zijn zoons, Machlon en Kiljon Deze lepels symboliseren de inzet van dit verhaal. Het gaat om de vraag of er eten is en belangrijker nog, om de vraag of de namen van Elimelech en zijn zoons zullen voortbestaan. De onbeduidende persoon voelt wel aan dat hij het bestek in Bethlehem niet kan verkopen. Hij gaat er mee naar Moab. Daar wordt het gekocht door Orpa, die het later terug brengt naar het huis van Naomi. Zo zijn de namen weer terug waar ze horen en hebben ze nieuwe toekomst.
Na de inleiding zien we drie vrouwen bij een graf staan Dat zijn Naomi, Ruth en Orpa. Kunnen deze vrouwen zich losmaken van de graven? Uiteindelijk aan het eind van de musical staan zij rond een wieg en zijn ze blij om het leven.
Het verhaal van Naomi en Ruth is niet alleen een verhaal van crisis en verdriet maar vooral ook een verhaal vol hoop, uiteindelijk is dit een verhaal van graf tot wieg en niet anders om.
Aan het eind van het boek Ruth geeft de verteller zijn verhaal nog een extra dimensie: het kind Obed dat Ruth en Boaz krijgen, zal de grootvader zijn van koning David.
Het verhaal begon als een begin dat geen begin was. Het eindigt met een einde dat geen einde is. Het verhaal van Israël gaat verder soms langs onverwachte wegen en met verrassende ontwikkelingen. De drie vrouwen die aan het graf stonden, staan uiteindelijk aan een wieg.